De Ziekte van Cushing wordt bij een hond wordt vaak veroorzaakt door een tumor in de hypofyse. De hersentumor is in de meeste gevallen goedaardig. Het syndroom van Cushing wordt soms ook vastgesteld door toedoen van een kwaadaardige tumor in de bijnieren.
In alle gevallen maakt het lichaam teveel cortisol aan. Dit wordt ook het stresshormoon genoemd. De Ziekte van Cushing bij honden is dus een hormonale aandoening. Wat houdt de ziekte precies in? Is een behandeling mogelijk en hoe lang leeft een hond met Cushing?
Het syndroom of de Ziekte van Cushing bij honden
Een hond met Cushing heeft een goedaardige of een kwaadaardige tumor. In verreweg de meeste gevallen is de tumor goedaardig en bevindt deze zich in de hersenen. Slechts een klein percentage van de honden krijgt de Ziekte van Cushing door een kwaadaardig gezwel. Deze bevindt zich dan in de bijnieren. Een tumoreuze bijnier zit in de buikholte van de hond.
De goed- of kwaadaardige tumor zorgt ervoor dat de hormoonbalans in het lichaam verstoort raakt. De bijnieren van de hond maken veel meer cortisol aan dan normaal. Dit stofje wordt normaal gesproken alleen aangemaakt in gevaarlijke situaties. Daardoor kan jouw hond snel en adequaat reageren. Dat werkt hetzelfde als een “vechten of vluchten” situatie bij mensen.
Bij de Ziekte van Cushing maakt het lichaam van een hond dus continu het stresshormoon aan. Ook wanneer er geen sprake is van stress of gevaar. Het lichaam bevindt zich dus constant in een overlevingsmodus. Deze kan op den duur leiden tot oververmoeidheid en uitputting. Daarnaast vertonen honden met Cushing ook andere kenmerkende symptomen.
Hoe kan ik Cushing bij een hond herkennen?
Deze hormonale aandoening bij honden heeft een aantal bekende en minder bekende symptomen. De meest voorkomende verschijnselen van het Cushing syndroom zijn:
- De hond heeft een dikke buik
- De hond heeft een abnormale eetlust
- De hond drinkt en plast bovengemiddeld veel
- Lusteloosheid en spierafbraak
- Kale plekken of andere huidproblemen
- Overmatig hijgen in een toestand van rust
De bovenstaande symptomen komen het meest voor als het gaat om Cushing. In sommige gevallen vertoont een hond ook andere verschijnselen. Zoals spierkrampen. Ook een vlekkerige huid kan voorkomen bij Cushing. Als een hond teveel cortisol aanmaakt door een tumor, kan het dier ook last krijgen van blaasontstekingen en longembolie.
Hoe wordt Cushing bij een hond vastgesteld?
Vertoont jouw hond één of meer van de bovenstaande verschijnselen? Dan is het altijd verstandig om direct contact op te nemen met jouw dierenarts. Deze kan de Ziekte van Cushing bij jouw hond vaststellen of uitsluiten. Dat kan met een urine- of bloedonderzoek.
De hond krijgt medicatie toegediend. Bij honden zonder Cushing daalt de cortisol waarde.
Als dat niet zo is kan de diagnose vaak direct worden vastgesteld. Een goede uitslag wil echter niet zeggen dat de hond geen Cushing heeft. Er kan namelijk ook sprake zijn van van een tumor in de hersenen of in de bijnieren. Daarom wordt er bij twijfel een echografie gemaakt van de buik. De tumor kan worden behandeld met een operatie of medicatie.
Is de Ziekte van Cushing bij een hond te behandelen?
Of de ziekte te behandelen is hangt af van een aantal factoren. Een kwaadaardige tumor in de bijnieren kan soms operatief worden verwijderd. Mits deze gunstig is gepositioneerd en niet is verbonden met bloedvaten of is uitgezaaid. In dat laatste geval kan Cushing worden behandeld met de juiste medicatie. Een gezwel in de hypofyse is soms operabel.
Dit heeft vooral te maken met de omvang van de tumor. Des te groter de tumor des te ingrijpender de operatie wordt. Als het gezwel door de omvang niet weggehaald kan worden, moet Cushing bij een hond levenslang worden behandeld met medicijnen. Deze moeten door de dierenarts goed worden afgestemd. De hond blijft ook regelmatig onder controle.
Hoe oud kunnen honden met Cushing worden?
Afhankelijk van de grootte van de tumor en de kwaadaardigheid, is de Ziekte van Cushing bij een hond goed behandelbaar. Bijvoorbeeld met de juiste medicatie. Het syndroom is echter niet erfelijk en komt voor bij alle hondenrassen. Ook kun je deze hormonale ziekte bij honden niet voorkomen door het aanpassen van een voedings- of leefpatroon.